Groot is de kater. Woede en teleurstelling vochten om voorrang na de uitschakeling van het Nederlands elftal. Logischerwijs worden de oorzaken door velen buiten het team zelf gezocht. Helaas doet dat de waarheid echter wel geweld aan.
Een oude toernooiwet is dat je uiteindelijk altijd daar eindigt waar je hoort. Een wet die ook nu feilloos opging. Het lot dat ons gunstig gezind was in de poule, keerde zich zondag een beetje tegen ons. Een beetje ja, u leest het goed.
Want wat gisteren natuurlijk op nog veel duidelijker wijze aan het licht kwam was, dat dit team een aantal essentiële factoren ontbeert die nodig zijn voor het spelen in de wereldtop.
Pijnlijk duidelijk, vooral toen wij met elf tegen tien gingen spelen, werd dat de leiding binnen de lijnen totaal ontbrak.
De traditionele boete was dit toernooi vervangen door het vertellen van een grap voor de hele groep. De spelers hebben er namelijk een hekel aan om voor de groep te staan, zei de bondscoach. Als eenmaal zijn gelijk bewezen werd, dan was het gisteren wel in de 11 tegen 10 situatie.
Gogme en sluwheid, twee mooie woorden die veel werden opgevoerd. Zij ontbraken volledig. Maar erger dan dat is de vraag of deze bij een aantal ooit zullen komen.
Het was een schoppartij zeiden velen.
Klopt ,een schoppartij was het. De toon werd gezet door Nederland met twee grove overtredingen binnen zes minuten, waarbij de tweede schop aan Christiano Ronaldo direct met rood bestraft had dienen te worden.
Heel veel kreten en woorden zullen er nog tevoorschijn getoverd worden. Heel veel benamingen kun je er aan geven. Hoe je het ook allemaal noemt, uiteindelijk zul je telkens bij de conclusie dienen uit te komen dat het deze groep domweg aan kwaliteit ontbreekt.
Zowel voetbalkwaliteiten als persoonlijke kwaliteiten schoten eenvoudigweg tekort.
En de bondscoach dan?
Die treft geen blaam. Hem is het gelukt om met een matige groep de laatste zestien van de wereld te bereiken. Dankzij deze bondscoach zijn wij relatief ver gekomen.
Toch zou ik niet graag in zijn schoenen staan, want naar de toekomst toe weet hij als geen ander dat heel veel zaken trainbaar zijn, behalve klasseverschil!
Tom van ‘t Hek